rijdt
- Geluid: rijdt (hulp, bestand)
- IPA: / rɛit / (1 lettergreep)
- (Noord-Nederland): /rɛɪ̯t/
- (Vlaanderen, Brabant): /rɛːt/
- (Limburg): /rɛɪ̯d/
- rijdt
vervoeging van |
---|
rijden |
rijdt
- tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van rijden
- Jij rijdt.
- derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van rijden
- Hij rijdt.
- (verouderd) gebiedende wijs meervoud van rijden
- Rijdt!
- Het woord rijdt staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.