• rii·po·det

riipodet

  1. bezittelijke vorm voor de tweede persoon meervoud ("jullie, uw") bij nominatief enkelvoud van riipu
  1. bezittelijke vorm voor de tweede persoon meervoud ("jullie, uw") bij accusatief enkelvoud van riipu
  1. bezittelijke vorm voor de tweede persoon meervoud ("jullie, uw") bij genitief enkelvoud van riipu