representeer
- re·pre·sen·teer
vervoeging van |
---|
representeren |
representeer
- eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van representeren
- Ik representeer.
- gebiedende wijs van representeren
- Representeer!
- (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van representeren
- Representeer je?
- Het woord representeer staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.