(heteroniem)

  • [A] ra·ce·ma·ten
  • [B] race·ma·ten

[A] de racematenmv

  1. meervoud van het zelfstandig naamwoord racemaat, "racemisch mengsel"
     Vervolgens geeft Van 't Hoff voorbeelden van het feit, dat derivaten van optisch actieve verbindingen hun optisch vermogen verliezen als het asymmetrisch koolstofatoom verdwijnt, en dat niet iedere stof met een asymmetrisch koolstofatoom het polarisatievlak draait (racematen).[1]

[B] de racematenmv

  1. meervoud van het zelfstandig naamwoord racemaat, "kameraad bij een snelheidswedstrijd"
     Waar een racer uit de IDC-top een handvol medewerkers heeft en een vrachtwagen vol materieel, doet Von Unen veel in zijn eentje. Geholpen door racematen en ook wel door personeel van anderen.[2]
  1.   Weblink bron
    H.A.M. Snelders
    “De geschiedenis van de scheikunde in Nederland. Deel 1: Van alchemie tot chemie en chemische industrie rond 1900.” (1993), Delftse Universitaire Pers, Delft, ISBN 9062758150, p. 118
  2.   Weblink bron
    Gerrit van Loon
    ‘Het is niet meer mijn hobby’ in: Provinciale Zeeuwse Courant  , jrg. 264 (1 juli 2022), p. 42 (Zeeland 14) kol. 4