Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • pro·mo·veert

Werkwoord

vervoeging van
promoveren

promoveert

  1. tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van promoveren
    • Jij promoveert. 
  2. derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van promoveren
    • Hij promoveert. 
  3. (verouderd) gebiedende wijs meervoud van promoveren
    • Promoveert!