perste samen
- pers·te sa·men
vervoeging van |
---|
samenpersen |
perste samen
- enkelvoud verleden tijd van samenpersen
- Ik perste samen.
- Jij perste samen.
- Hij, zij, het perste samen.
- Ik perste samen.
- Het woord perste samen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.