pende
- pen·de
vervoeging van |
---|
pennen |
pende
- enkelvoud verleden tijd van pennen
- Ik pende.
- Jij pende.
- Hij, zij, het pende.
- Ik pende.
- Het woord pende staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- Zie Wikipedia voor meer informatie.