passioneerden
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- pas·si·o·neer·den
Werkwoord
vervoeging van |
---|
passioneren |
passioneerden
- meervoud verleden tijd van passioneren
- Wij passioneerden.
- Jullie passioneerden.
- Zij passioneerden.
- Wij passioneerden.
Gangbaarheid
- Het woord passioneerden staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.