overpratende
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- over·pra·ten·de
Werkwoord
vervoeging van: | overpraten |
overpratende
- verbogen vorm van overpratend, het onvoltooid deelwoord van overpraten
vervoeging van: | overpraten |
verbogen vorm: | overpratendee |
overpratende