overhoekslijnen
- Geluid: overhoekslijnen (hulp, bestand)
- IPA: / ˈovərhuksˌlɛinə(n) / (5 lettergrepen)
- over·hoeks·lij·nen
- overhoekslijn met uitgang -en
de overhoekslijnen mv
- meervoud van het zelfstandig naamwoord overhoekslijn
- ▸ In „Judas” (1933) kerven de strakke overhoekslijnen een kruis in het loerend gezicht van de dertiende apostel.[1]
- Het woord 'overhoekslijnen' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
- ↑ Weblink bron Antoon Herckenrath (geciteerd)(1 juli 1974) in:Joos FlorquinTen huize van... 12. (1976), Orion, Brugge / Davidsfonds, Leuven, ISBN 9026435347, p. 224