ophaaldagen
- Geluid: ophaaldagen (hulp, bestand)
- IPA: / ˈɔphalˌdɑxə(n) / (4 lettergrepen)
- op·haal·da·gen
- ophaaldag met uitgang -en
de ophaaldagen mv
- meervoud van het zelfstandig naamwoord ophaaldag
- De meeste gemeentelijke websites bieden niet veel meer dan informatie over de ophaaldagen van het huisvuil, en de openingstijden van het gemeentehuis. [1]
- Het woord ophaaldagen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- ↑ Ketelaar, T.Wachten op de e-gemeente (19 oktober 2000) op website: nrc.nl; geraadpleegd 2018-01-03