Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • op·ge·rol·de

Werkwoord

vervoeging van: oprollen…
verbogen vorm: opgeroldee

opgerolde

  1. verbogen vorm van opgerold, voltooid deelwoord van oprollen

Bijvoeglijk naamwoord

opgerolde

  1. verbogen vorm van de stellende trap van opgerold

Gangbaarheid