• op·ge·hoogd
  • vervoeging van ophogen: voltooid deelwoord
vervoeging van: ophogen…
verbogen vorm: opgehoogde

opgehoogd

  1. voltooid deelwoord van ophogen
98 % van de Nederlanders;
89 % van de Vlamingen.[1]
  1.   Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be