Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • op·ge·bouw·de

Werkwoord

vervoeging van: opbouwen…
verbogen vorm: opgebouwdee

opgebouwde

  1. verbogen vorm van opgebouwd, voltooid deelwoord van opbouwen

Bijvoeglijk naamwoord

opgebouwde

  1. verbogen vorm van de stellende trap van opgebouwd
     Wat de courtage betrof moest er misschien aan worden toegevoegd dat ze een overeenkomst met de leiding van Mercurius hadden gesloten dat ze in plaats van voor loon zouden werken voor 15 procent van de opgebouwde winst.[1]

Verwijzingen

  1. Jan Guillou (vert. Bart Kraamer)
    “De tweede doodzonde” (2020), Uitgeverij Prometheus  , ISBN 9789044645149