• om·kaad
  • vervoeging van omkaden: de stam zonder -d omdat de stam al op -d eindigt en zonder ge- vanwege voorvoegsel
vervoeging van
omkaden

omkaad

  1. eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van omkaden
    • Ik omkaad. 
  2. gebiedende wijs van omkaden
    • Omkaad! 
  3. (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van omkaden
    • Omkaad je? 
vervoeging van: omkaden…
verbogen vorm: omkade

omkaad

  1. voltooid deelwoord van omkaden