ˈ*IPA: / ˈmylos / (2 lettergrepen)

  • mu·lo's

de mulo'smv

  1. meervoud van het zelfstandig naamwoord mulo
    • Met die betekenis hebben sommigen haar nog geleerd, bijvoorbeeld uit het op mulo's gebruikte boekje 'Eenvoudig en practisch', zoals een lezer schrijft. [1]