missiebusje
- Geluid: missiebusje (hulp, bestand)
- IPA: / ˈmɪsiˌbʏʃə / (4 lettergrepen)
- mis·sie·bus·je
het missiebusje o
- verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord missiebus
- ▸ Een missiebusje om geld in te verzamelen voor de missie is natuurlijk een duidelijke verwijzing naar het katholieke geloof in het Zuiden.[1]
- Het woord 'missiebusje' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
- ↑ Weblink bron Machteld Leij“Een rommelzolder vol beloftes” (5 juli 2006) op nrc.nl