• mis·mees·tert
vervoeging van
mismeesteren

mismeestert

  1. tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van mismeesteren
    • Jij mismeestert. 
  2. derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van mismeesteren
    • Hij mismeestert. 
  3. (verouderd) gebiedende wijs meervoud van mismeesteren
    • Mismeestert!