meerde aan
- Geluid: meerde aan (hulp, bestand)
- meer·de aan
vervoeging van |
---|
aanmeren |
meerde aan
- enkelvoud verleden tijd van aanmeren
- Ik meerde aan.
- Jij meerde aan.
- Hij, zij, het meerde aan.
- Ik meerde aan.
- Het woord meerde aan staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.