maneuvrerend
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: maneuvrerend (hulp, bestand)
- IPA: /manøˈvrerənt/, /mɑnøˈvrerənt/
Woordafbreking
- ma·neu·vre·rend
Werkwoord
maneuvrerend
- verouderde spelling of vorm van manoeuvrerend tot 1996
- Boswell zeide tot zijn dischgenoot, al met zijn tandestoker maneuvreerend (...) [1]
Bijvoeglijk naamwoord
maneuvrerend
- verouderde spelling of vorm van manoeuvrerend tot 1996
- (...) De kommandanten der talrijke, met lans en schilden gewapende en maneuvrerende manschappen mede in groote, stijve met goud omzette rokken gekleed; (...) [2]
Verwante begrippen
Gangbaarheid
- Het woord 'maneuvrerend' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
Verwijzingen
- ↑ U.P. & S.D."De Advokatenbarret" in: Surinaamsche courant en Gouvernements advertentie blad nr. 101 (21 augustus 1875)' p.3 kol. 3; geraadpleegd 2015-07-15
- ↑ Reinwardt, C.G.C. & W.H. de VrieseReize naar het oostelijk gedeelte van den Indischen Archipel, in het jaar 1821 (1857) Frederik Muller, Amsterdam; p. 573; geraadpleegd 2015-07-15