• ma·neu·vre·rend

maneuvrerend

  1. verouderde spelling of vorm van manoeuvrerend tot 1996
    • Boswell zeide tot zijn dischgenoot, al met zijn tandestoker maneuvreerend (...) [1]

maneuvrerend

  1. verouderde spelling of vorm van manoeuvrerend tot 1996
    • (...) De kommandanten der talrijke, met lans en schilden gewapende en maneuvrerende manschappen mede in groote, stijve met goud omzette rokken gekleed; (...) [2]