Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • les·groep·je
Woordherkomst en -opbouw

Zelfstandig naamwoord

het lesgroepjeo

  1. verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord lesgroep
    • AFUK begint volgende week weer met cursus 'Fries voor niet- Friestaligen'. Wekelijks op donderdagavond. Lesgroepje moet eigenlijk uit minstens tien mensen bestaan. Dat aantal aanmeldingen is nog niet helemaal gehaald. [1]

Verwijzingen