Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • leg·de aan
Woordherkomst en -opbouw

Werkwoord

vervoeging van
aanleggen

legde aan

  1. enkelvoud verleden tijd van aanleggen
    • Ik legde aan. 
    • Jij legde aan. 
    • Hij, zij, het legde aan. 


Gangbaarheid