lamenteer
- la·men·teer
vervoeging van |
---|
lamenteren |
lamenteer
- eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van lamenteren
- Ik lamenteer.
- gebiedende wijs van lamenteren
- Lamenteer!
- (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van lamenteren
- Lamenteer je?
- Het woord lamenteer staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.