stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden tijd voltooid deelwoord
(supinum)
3e pers enk. 1e pers mv.
kvikmynda kvikmyndaði kvikmynduðum kvikmyndað
zwakke
verbuiging
volledig

kvikmynda

  1. een film draaien, filmen, op film vastleggen

kvikmynda

  1. eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd aantonende wijs bedrijvende vorm van kvikmynda

kvikmynda

  1. derde persoon meervoud tegenwoordige tijd aantonende wijs bedrijvende vorm van kvikmynda

kvikmynda

  1. enkelvoud gebiedende wijs bedrijvende vorm van kvikmynda (kortform van kvikmyndaðu)

kvikmynda

  1. meervoud gebiedende wijs bedrijvende vorm van kvikmynda (kortform van kvikmyndið)

kvikmynda

  1. genitief onbepaald vrouwelijk meervoud van kvikmynd