kartuizerinnen
- Geluid: kartuizerinnen (hulp, bestand)
- IPA: / ˌkɑrtœyzəˈrɪnə(n) / (5 lettergrepen)
- kar·tui·ze·rin·nen
de kartuizerinnen mv
- meervoud van het zelfstandig naamwoord kartuizer
- ▸ In 1145 ontstond de vrouwelijke tak van de orde, toen monialen uit Prébayon (Provence) aan Sint Anthelmus kenbaar maakten zich aan de kartuizersregels te willen onderwerpen. Zij werden door de generale prior aanvaard en sindsdien vormen kartuizers en kartuizerinnen één orde.[1]
- Het woord 'kartuizerinnen' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
- ↑ Weblink bron Gearchiveerde versie “Kartuizers” op kro-ncrv.nl