• igjen
  • Afkomstig van het Oudnoordse woord í gegn
  • Noors bijwoord met het voorvoegsel i-
Naar frequentie 58

igjen

  1. terug
    «Kom snart igjen! »
    Kom spoedig terug!
  2. opnieuw, wederom, weer
    «Hun er blitt bra igjen
    Ze is weer genezen.
    «Jeg håper vi møtes igjen snart.»
    Ik hoop dat we elkaar spoedig weer zien.


  • igjen
  • Afkomstig van het Oudnoorse woord í gegn
  • Nynorsk bijwoord met het voorvoegsel i-

igjen

  1. terug
  2. opnieuw, wederom, weer