heada
- hea·da
Naar frequentie | zeldzaam |
---|
heada
- verleden tijd aantonende wijs bedrijvende vorm van heade
heada
- voltooid (verleden) deelwoord bedrijvende vorm van heade
- hea·da
heada
- onbepaalde wijs, tweede vorm naast heade, zie aldaar
heada
- verleden tijd aantonende wijs bedrijvende vorm van heada
heada
- voltooid (verleden) deelwoord bedrijvende vorm van heada
heada
- gebiedende wijs van heada
heada
- verleden tijd aantonende wijs bedrijvende vorm van heade
heada
- voltooid (verleden) deelwoord bedrijvende vorm van heade
heada
- gebiedende wijs van heade