• haar·schuif·jes

de haarschuifjesmv

  1. meervoud van het zelfstandig naamwoord haarschuifje
     De haarschuifjes hangen half uit het kapsel en lange plukken grijs haar liggen slordig om het hoofd van de oude vrouw.[1]
  1.   Weblink bron
    Annerieke de Vries
    “Sluipwesp” (2018), De Crime Compagnie,, ISBN 9789461093134