• fle·re·cijn
enkelvoud meervoud
naamwoord flerecijn -
verkleinwoord - -

het flerecijno

  1. jicht of reumatische pijnen van met name het heupgewricht
    • Hij heeft het flerecijn. 
7 % van de Nederlanders;
18 % van de Vlamingen.[1]
  1.   Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be