Startpagina
Willekeurig
Aanmelden
Instellingen
Financieel bijdragen
Over WikiWoordenboek
Disclaimers
Zoeken
fio
Taal
Volgen
Bewerken
Inhoud
1
Latijn
1.1
Woordherkomst en -opbouw
1.2
Werkwoord
2
Portugees
2.1
Uitspraak
2.2
Woordherkomst en -opbouw
2.3
Zelfstandig naamwoord
3
Spaans
3.1
Werkwoord
Latijn
Woordherkomst en -opbouw
Via het
Proto-Italische
fuiō
te herleiden tot Proto-Indo-Europees
*bʰuH-
("worden/zijn").
Werkwoord
vervoeging van
fĭĕri
fīō
actief indicatief praesens, eerste persoon enkelvoud van
fĭĕri
Portugees
Uitspraak
Geluid
:
Bestand bestaat nog niet.
Aanmaken?
IPA
:
/ˈfi.u/
Woordherkomst en -opbouw
Uit Latijn
filum
o
“
draad
”
.
Zelfstandig naamwoord
fio
m
draad
,
snoer
(
van juwelen
) ketting
Spaans
Werkwoord
vervoeging van
fiar
fio
derde persoon enkelvoud verleden tijd (
pretérito indefinido
) van
fiar