faire un tchip
Frans
Uitspraak
Woordherkomst en -opbouw
- verbinding van faire, un en tchip
Werkwoord
faire un tchip
- (spreektaal) een mondgeluid maken om minachting of ergernis te uiten
- «Fanta, quand je lui ai dit que j’avais oublié l’argent, elle m’a fait un tchip.»
- Fanta liet een ‘tchip’ horen toen ik haar zei dat ik het geld vergeten was. [1]
- «Fanta, quand je lui ai dit que j’avais oublié l’argent, elle m’a fait un tchip.»