• en·sce·neer
vervoeging van
ensceneren

ensceneer

  1. eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van ensceneren
    • Ik ensceneer. 
  2. gebiedende wijs van ensceneren
    • Ensceneer! 
  3. (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van ensceneren
    • Ensceneer je?