ensceneer
- en·sce·neer
vervoeging van |
---|
ensceneren |
ensceneer
- eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van ensceneren
- Ik ensceneer.
- gebiedende wijs van ensceneren
- Ensceneer!
- (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van ensceneren
- Ensceneer je?
- Het woord ensceneer staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.