dommere
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- dom·me·re
Bijvoeglijk naamwoord
dommere
- verbogen vorm van de vergrotende trap van dom
Noors
Uitspraak
Woordafbreking
- dom·me·re
Naar frequentie | 13534 |
---|
Zelfstandig naamwoord
dommere
- nominatief onbepaald mannelijk meervoud van dommer