dijkten aan
- Geluid: dijkten aan (hulp, bestand)
- dijk·ten aan
vervoeging van |
---|
aandijken |
dijkten (...) aan
- meervoud verleden tijd van aandijken
- Wij dijkten aan.
- Jullie dijkten aan.
- Zij dijkten aan.
- Wij dijkten aan.
- Het woord dijkten aan staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.