destilleer
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: destilleer (hulp, bestand)
Woordafbreking
- des·til·leer
Werkwoord
vervoeging van |
---|
destilleren |
destilleer
- eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van destilleren
- Ik destilleer.
- gebiedende wijs van destilleren
- Destilleer!
- (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van destilleren
- Destilleer je?