datlím
- IPA: /datliːm/
- dat·lím
datlím
datlím
- locatief mannelijk enkelvoud van datlí
- locatief onzijdig enkelvoud van datlí
- instrumentalis mannelijk enkelvoud van datlí
- instrumentalis onzijdig enkelvoud van datlí
- datief meervoud van datlí
datlím
- eerste persoon enkelvoud aantonende wijs van het imperfectieve werkwoord datlit