chappen
- chap·pen
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
chappen |
chapte |
gechapt |
zwak -t | volledig |
chappen
- (Belgisch Nederlands) chape leggen
- Het woord chappen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.