chambreerde
- Geluid: chambreerde (hulp, bestand)
- cham·breer·de
vervoeging van |
---|
chambreren |
chambreerde
- enkelvoud verleden tijd van chambreren
- Ik chambreerde.
- Jij chambreerde.
- Hij, zij, het chambreerde.
- Ik chambreerde.
- Het woord chambreerde staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.