broezen
- broe·zen
de broezen mv
- meervoud van het zelfstandig naamwoord broes
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
broezen |
broesde |
gebroesd |
zwak -d | volledig |
broezen
- overgankelijk met een fijne nevel bespuiten
- ▸ In de loods worden de pallets in zijn geheel licht gebroesd, waarna ze in de koelcel verdwijnen.[1]
- Het woord broezen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "broezen" herkend door:
39 % | van de Nederlanders; |
31 % | van de Vlamingen.[2] |
- ↑ Weblink bron Stan Verstegen“Groente & fruit” (23 december 2008)
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be