borduurden door
- bor·duur·den door
- uit borduurden (werkwoord) en door, hiertussen kunnen nog andere woorden staan
vervoeging van |
---|
doorborduren |
borduurden (...) door
- meervoud verleden tijd van doorborduren
- Wij borduurden door.
- Jullie borduurden door.
- Zij borduurden door.
- Wij borduurden door.
- Het woord borduurden door staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.