binnenhuppelende
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- bin·nen·hup·pe·len·de
Werkwoord
vervoeging van: | binnenhuppelen |
binnenhuppelende
- verbogen vorm van binnenhuppelend, het onvoltooid deelwoord van binnenhuppelen
vervoeging van: | binnenhuppelen |
verbogen vorm: | binnenhuppelendee |
binnenhuppelende