• be·man·tel·de
vervoeging van: bemantelen…
verbogen vorm: bemanteldee

bemantelde

  1. verbogen vorm van bemanteld, voltooid deelwoord van bemantelen
vervoeging van
bemantelen

bemantelde

  1. enkelvoud verleden tijd van bemantelen
    • Ik bemantelde. 
    • Jij bemantelde. 
    • Hij, zij, het bemantelde.