• be·kjem·pa
  • Afleiding van het Noorse werkwoord bekjempe met het voorvoegsel be- met het achtervoegsel -a
Naar frequentie zeldzaam
stellend vergrotend overtreffend
onbepaald
(sterk)
m/v enkelvoud bekjempa - -
o enkelvoud bekjempa
meervoud bekjempa
bepaald
(zwak)
enkelvoud en
meervoud
bekjempa - -

bekjempa

  1. bekampt, bestreden, bevochten

bekjempa

  1. verleden tijd aantonende wijs bedrijvende vorm van bekjempe

bekjempa

  1. voltooide tijd aantonende wijs bedrijvende vorm van bekjempe

bekjempa

  1. van bekjempe