begoten
- be·go·ten
- vervoeging van begieten: de stam met de uitgang -en, zonder ge- vanwege voorvoegsel (is gelijk aan de onbepaalde wijs) maar met een klinkerwisseling ie-oo (/iː/ - /oː/)
vervoeging van |
---|
begieten |
begoten
- meervoud verleden tijd van begieten
- Wij begoten.
- Jullie begoten.
- Zij begoten.
- Wij begoten.
- voltooid deelwoord van begieten
- Het woord begoten staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.