• be·floerst
  • vervoeging van befloersen: de stam met de uitgang -t, zonder ge- vanwege voorvoegsel
vervoeging van
befloersen

befloerst

  1. tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van befloersen
    • Jij befloerst. 
  2. derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van befloersen
    • Hij befloerst. 
  3. (verouderd) gebiedende wijs meervoud van befloersen
    • Befloerst! 
vervoeging van: befloersen…
verbogen vorm: befloerste

befloerst

  1. voltooid deelwoord van befloersen