bedriftsbarnehager

  • be·drifts·bar·ne·ha·ger
  • Noorse zelfstandignaamwoorsvorm met het voorvoegsel be-, met het invoegsel -s- en met het invoegsel -e- met de woorduitgang -er
Naar frequentie zeldzaam

bedriftsbarnehager

  1. nominatief onbepaald mannelijk meervoud van bedriftsbarnehage