bauscht aa
Pennsylvania-Duits
Uitspraak
Woordafbreking
- bauscht aa
Woordherkomst en -opbouw
verbinding van bauscht en aa
Werkwoord
du bauscht aa
- tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd aantonende wijs bedrijvende vorm van aabaue
Werkwoord
du bauscht aa
- tweede persoon enkelvoud toekomende tijd aantonende wijs bedrijvende vorm van aabaue