Frans

Uitspraak
Woordherkomst en -opbouw

Werkwoord

avoir le bourdon

  1. (spreektaal) depri zijn, in de put zitten
    «J’ai le bourdon depuis qu’il est parti, ça va pas du tout.»
    Ik ben depri sind hij weg is, het gaat helemaal niet goed. [1]

Verwijzingen