avanceerde
- Geluid: avanceerde (hulp, bestand)
- avan·ceer·de
vervoeging van |
---|
avanceren |
avanceerde
- enkelvoud verleden tijd van avanceren
- Ik avanceerde.
- Jij avanceerde.
- Hij, zij, het avanceerde.
- Ik avanceerde.
- Het woord avanceerde staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.