astrologen

Nederlands

Uitspraak

• Geluid:  astrologen    (hulp, bestand)

Woordafbreking

• as·tro·lo·gen

Zelfstandig naamwoord

de astrologen mv

1. meervoud van het zelfstandig naamwoord astroloog
2. meervoud van het zelfstandig naamwoord astrologe

Synoniemen

• [2] astrologes